Voedseletikettering: Alles wat u moet weten

voedselveiligheid
Voedseletikettering: Alles wat u moet weten

Duidelijke en nauwkeurige voedseletikettering is belangrijk om de regels te volgen, het vertrouwen van de consument te winnen en succes te behalen op de markt. Deze gids legt de basis uit, wat verplicht is, wat optioneel is en wat het belangrijkst is voor voedselbedrijven. Of u nu lokaal verkoopt of wereldwijd exporteert, dit is waar u moet beginnen.

Het belang van voedseletikettering

Voedsel etiketten hebben veel doeleinden. Ze geven voedingsinformatie en helpen bij het behoudenvoedselveilig.Labels zijn belangrijk voor het beschermen van consumenten en het opbouwen van vertrouwen. Goede etikettering is niet alleen een wettelijke vereiste; het is ook een slimme manier om op te vallen in de markt. Voedseletiketten dienen verschillende doeleinden, zoals:

  • Juridische naleving: Zorg ervoor dat het product voldoet aan nationale en internationale voedselvoorschriften.
  • Consumenteninformatie: Geef details over ingrediënten, voeding en herkomst.
  • Gezondheid en veiligheid: Waarschuw voor allergenen, houdbaarheid Dadel, en juiste opslag of bereiding.
  • Transparantie en vertrouwen: Help consumenten weloverwogen keuzes te maken en merkbetrouwbaarheid op te bouwen.
  • Marketing en branding: Communiceer merkidentiteit, kwaliteitsclaims en productvoordelen.
  • Traceerbaarheid: Schakel het volgen van producten door de toeleveringsketen in voor het geval van terugroepacties of kwaliteitsproblemen.

Voedseletiketteringswetgeving

Voedseletiketteringswetgeving zijn wetten die bepalen welke informatie op voedselverpakkingen moet staan. Deze regels kunnen per land verschillen, maar bevatten meestal belangrijke details zoals ingrediëntenlijsten, allergeneninformatie, voedingsfeiten, land van herkomst, houdbaarheidsdatum, en labels zoals "biologisch" of "glutenvrij." Organisaties zoals deFDAin de Verenigde Staten,EFSAin de Europese Unie, enFSSAIin India creëren en handhaven deze normen om consumenten te beschermen en eerlijke handel te waarborgen.

Voedselbedrijven moeten de lokale en internationale etiketteringswetten begrijpen en naleven. Dit helpt boetes te voorkomen en zorgt ervoor dat producten klaar zijn voor de markt, vooral voor export. Etiketteringsvoorschriften kunnen in het ene land zijn toegestaan, maar elders niet.

Enkele belangrijke voedseletiketteringswetten waarvan voedselbedrijven op de hoogte moeten zijn, vooral bij internationale handel:

  • EU:Verordening (EU) nr. 1169/2011:Behandelt verplichte EU-voedseletiketteringselementen zoals allergenen, voeding en herkomst in alle EU-lidstaten.
  • VS: FDA-voedseletiketteringsvoorschriften:Geregeld door de Food and Drug Administration (FDA); omvat de Nutrition Labelling and Education Act (NLEA) en Food Allergen Labelling and Consumer Protection Act (FALCPA).
  • Canada: Safe Food for Canadians Regulations (SFCR):Afgedwongen door deCanadian Food Inspection Agency (CFIA); bevat tweetalige etikettering, allergeneninformatie en voedingsfeiten.
  • VK: Voedseletiketteringsvoorschriften 1996 (gewijzigd):Na Brexit volgt het VK zijn eigen versie van de EU-labelwetten, met aanvullende binnenlandse regels onder deVoedselinformatievoorschriften 2014.
  • Australië/Nieuw-Zeeland: Food Standards Code:Toegepast doorFSANZ(Food Standards Australia New Zealand); omvat land van herkomst etikettering en verplichte voedingspanelen.
  • India: Voedselveiligheid en normen (Verpakking en etikettering) regelgeving, 2011:Beheerd doorFSSAI; bevat etiketteringsregels voor veg/non-veg, allergenen, claims en houdbaarheid.

Claims en Certificeringen

Voedseletiketten bevatten vaak extra claims encertificeringenbuiten wat vereist is. Deze kunnen van invloed zijn op hoe consumenten een product zien. Hoewel ze je marketingstrategie kunnen helpen, is het belangrijk dat ze eerlijk zijn, geverifieerd kunnen worden en voldoen aan de lokale wetgeving.

Veelvoorkomende optionele claims zijn onder andere:

  • “Biologisch”:Moet voldoen aan de certificeringsnormen van de relevante autoriteit (bijv. USDA Organic, EU Organic).
  • “Glutenvrij”:Gewoonlijk alleen toegestaan als het product minder dan een bepaalde drempelwaarde bevat (bijv. <20 ppm).
  • “Vegan” of “Plantaardig”:Steeds populairdere beweringen, maar definities kunnen per markt verschillen.
  • “Non-GMO”:Vereist dat ingrediënten niet afkomstig zijn van genetisch gemodificeerde organismen; vaak ondersteund door verificatie van derden.
  • “Suikervrij”, “Laag in vet”, “Rijk aan vezels”:Voedingsclaims die aan specifieke wettelijke drempels moeten voldoen.

Certificeringen en logo's zoalsFairtrade,Halal,Kosjer, en Rainforest Alliance kan helpen vertrouwen in uw merk op te bouwen. Ze hebben echter meestal audits of controles van goedgekeurde organisaties nodig. Het misbruiken van deze keurmerken kan leiden tot boetes, terugroepacties of juridische problemen.

Om te voldoen, gebruik alleen optionele claims als je schriftelijk bewijs hebt. Controleer ook lokale regels of neem contact op met certificerende instanties of consultants voor specifieke vereisten.